
Kleurrijke handelaar Jan Stroomer (85) is trots en tevreden
Jan Stroomer houdt niet van stilzetten. Inmiddels is hij 85 jaar. Het lopen gaat niet meer zo vlotjes en zijn rechterhand is gedeeltelijk verlamd. Dit weerhoudt hem er niet van om zich elke ochtend te melden bij de Westfriese Metaalhandel aan de Gildenweg in Blokker. Bijna dertig jaar geleden stond Jan aan de basis van dit bedrijf. Nu drijven zijn zoons deze groothandel in ijzer en oude metalen. Jan zet dagelijks koffie, maakt een praatje met de klanten en heeft een eigen werkplek bij de kopersnijder. ‘Ik ben bijzonder trots op dit bedrijf.’
Tijdens het gesprek zal hij die zin, soms in andere bewoordingen, meer keren uitspreken. ‘Maar vergeet niet: voor alles ben ik vader van een gezin. Mijn vrouw Tinie en ik hebben vier zonen en drie dochters gekregen. Mijn kinderen zijn mijn alles. Ik ben blij dat de jongens in de zaak zijn gegaan en dat het goed draait. Als je het een beetje handig aanpakt kun je in deze handel een goed stuk brood verdienen.’
Bekende verschijning
Dat beetje handig aanpakken past bij Jan. In de regio West-Friesland is hij een bekende verschijning. ‘Oh ja, is dat zo?’, klinkt het quasi-verbaasd. Zijn pretoogjes verraden dat hij zelf ook wel weet dat de naam Jan Stroomer regelmatig herkenning oproept. ‘Ik ben altijd een scharrelaartje geweest. Ik kocht dingen en daarna verkocht ik ze weer. Daarbij kan ik me niet herinneren dat ik ooit iemand heb besodemieterd.’ Zoon John beaamt dat. ‘Mijn vader is rechtuit en duidelijk. Die aanpak heeft hij ons ook altijd voorgehouden. Je moet daarnaast ieder het zijne gunnen. Dat is hier in dit bedrijf ook onze manier van werken.’
Patat bakken
‘Werken is niet slecht voor de mens’, betoogt Jan. Hij praat uit ervaring. Zelf begon hij als klein tuindertje langs de spoorlijn in Hoogkarspel met de verbouw van aardappelen en bloemkool. Om het hoofd financieel boven water te houden pakte hij daarnaast van alles aan. Toen het werk als bouwer een te zware wissel trok op zijn gezondheid had Jan net – min of meer bij toeval – een pand aan de Nieuweweg op de kop getikt. Hij probeerde een kennis over te halen om hier een snackbar van te maken. ‘Die man had er geen trek in. “Waarom zou ik het zelf niet doen?”, dacht ik toen. Stond ik ineens patat te bakken.’ Hij schatert het uit. ‘Op het parkeerterrein had ik een partij trottoirtegels liggen. De handel moest wel gewoon doorgaan natuurlijk.’
Kleurrijke levensloop
Het was nog maar het begin van wat gerust een kleurrijke levensloop mag worden genoemd. Na ruim vijf jaar verpachtte Jan de snackbar aan zijn kameraad Ben Stammes. Zelf ging hij aan de slag bij Bouwbedrijf Burgmeijer. ‘Ik had een mooie verbouwingsklus voor Jan Burgmeijer en zei tegen hem: “Die klus kun je krijgen maar dan krijg je mij erbij!”.’ Weer twinkelen zijn pretoogjes.
Een paar jaar later ging Jan op stap met Ben Stammes. Het duo belandde in café De Zeven Groene Bomen aan de Binnenwijzend. Toen de mannen het pand verlieten, was Jan eigenaar van het café en maakte hij zijn opwachting als kastelein. Ook dit etablissement verpachtte hij een paar jaar later want hem stonden nieuwe avonturen te wachten. John vertelt dat zijn vader een trouwe bezoeker was van openbare verkopingen. Jan knikt. ‘Dan bleef ik wel eens hangen aan een huis. Weet wel dat ik me altijd bewust ben geweest van wat ik deed. Ik bood niet op zaken waar ik niets in zag.’ John lacht. ‘Je tikte ook eens een partij kleding op de kop. En weet je ook nog van dat loonbedrijf in Andijk?’
Westfriese Metaalhandel
In 1987 verwierf Jan de Sandy Bar in Lutjebroek. Al snel hielpen zijn zoons John en Rudolf mee en vooral de laatste had hier veel aardigheid in. Rudolf werd barkeeper maar John wilde ook graag op zichzelf. ‘Ik had op geen idee in wat voor soort bedrijf dat dan zou zijn’, zegt John. ‘Ik had een opleiding in de metaal achter de rug. Kennelijk heeft dat vader aan het denken gezet’. Jan kocht vervolgens een hal aan de Gildenweg in Blokker waar iemand op dat moment een handeltje in oud papier en oud ijzer dreef. ‘Op 1 mei 1988 zijn mijn vader en ik hier begonnen als de Westfriese Metaalhandel. Mijn oudste broer Gerard is na zijn marinetijd ook in het bedrijf gekomen en inmiddels werkt Rudolf hier ook. Als het nodig is komt mijn andere broer Chris helpen en mijn zoon Joeri heeft het ook al aardig in de vingers.’ Jan luistert met trots: ‘Het is een wereldzaak.’
Geheim achter succes
Jan kijkt tevreden terug. De Winkel van Sinkel aan de Streekweg is ook van hem. ‘Daarin is Chris vanaf 1989 verder gegaan. Al mijn jongens zijn goed terecht gekomen. Ik heb de gelegenheid voor ze gecreëerd. Ze hebben zelf hun kansen gegrepen.’ John bevestigt dat hij en zijn broers ondernemende types zijn. ‘We hebben van vader. Alle vier zijn we doeners.’
Aan Jan de vraag wat het geheim is achter zijn succes. Hij haalt eerst zijn schouders op en kijkt dan ernstig. ‘Ik denk dat ik het weet. Ik ben gewend om een beetje vooruit te denken. Als een ander nog moest beginnen, was ik bij wijze van spreken al klaar. Verder is het belangrijk je in te leven in je klanten. Goed naar ze luisteren en door hebben wat zij willen. Als je dat dan voor ze kunt realiseren word je er zelf ook beter van.’
Niet altijd te volgen
Zijn ogen beginnen weer te schitteren. ‘Ik heb me nooit verveeld in het leven. Heb gedaan wat ik dacht wat op dat moment goed was. Daarbij weet ik dat ik voor anderen wel eens niet te volgen was. Zelfs niet voor mijn vrouw. Het is voor haar niet altijd gemakkelijk geweest om met mij te leven. Toch heeft Tinie altijd achter me gestaan. Daar ben ik haar heel dankbaar voor. Ik zeg wel eens: “Ze mogen alles van me afpakken maar van Tinie moeten ze afblijven”.’