Eelke de Vries (geboren in 1933) herkende op de voorpagina van de Streker van afgelopen maand zijn tante Aukje. “Natuurlijk heb ik de krant meteen meegenomen naar mijn appartement en ben ik gaan lezen. De familie Weeteling is ook mijn familie al hoor je dat aan mijn naam niet meteen af. En ook ik heb nog wel wat herinneringen die wellicht leuk zijn om te delen,” vertelde hij door de telefoon aan de redactie.
Klaas Weeteling (uit Zaandam) is de opa van Eelke, van moeders kant. “” Opa was zaagslijper en een goede ook. Zo kwam het dat hij door de firma Bakker Houthandel gevraagd werd deze kant op te komen. De zagen die hij sleep waren vooral bedoeld om hele boomstammen in de lengte door te halen tot mooie lange planken.”
Mee met opa
Eelke kan zich nog herinneren dat hij klaar was met school en dus een vak moest kiezen. Opa vond dat de jonge Eelke wel mee kon naar het bedrijf van zijn oom (ook al een ) Klaas Weeteling. Die had een aannemersbedrijf. “daar kreeg ik van opa een stuk ijzer ‘cadeau’, met de mededeling “..dat ik daar maar even een zaag van moest maken”. Opa deed voor hoe het moest en daarna moest ik zelf aan de slag.”
Timmervakmanschap
Die eerste zaag lukte verdraaid goed. Niet alleen opa, maar ook Eelke zelf was onder de indruk. Nadien kwam er meer gereedschap bij en volgde de ene klus na de andere. “Onderaan de ladder beginnen en steeds iets bijleren. Niks naar school. Maar vakmanschap leren van vaklui, zo ging dat toentertijd.”
Alles handwerk
“Met een moker, een hamer en een beitel moest ik van een vierkante balk een kloet maken. Het begin werd me voorgedaan. Van een vierkant moest een 6-kant en daarna een 8-kant gemaakt. Alles met de hand. Tot slot moest de kloet rond worden,” zo herinnert Eelke zich nog één van de opdrachten in zijn eerste timmerjaren. “Alles was handwerk: een handboor, een handschaaf en handzaag, geen elektrisch aangedreven of computergestuurd gedoe.”
Andere werkplek
Na een paar jaar bij mijn oom gewerkt te hebben, ben ik elders aan de slag gegaan om ook andere kanten van het vak te leren. Het leven liep een beetje raar en ik raakte werkeloos en bij het aanvragen van een WW-uitkering kwam er een opleiding op mijn pad. Zo belande ik op de Johannespoststraat op de school voor metselaars. Vandaaruit kwam er iets heel bijzonders op mijn pad, ‘een mooi sjouwtje’ zoals dat werd genoemd.”
Kerkenrestauraties
“Bij het restaureren van kerken komt er van alles op je pad. Stenen in model zagen bijvoorbeeld. Verder moesten we met koperen staven stevigheid aanbrengen zonder dat het zichtbaar was van buitenaf. Hier kwamen mijn kwaliteiten als timmerman en metselaar samen. Daarbij was ik niet bang iets nieuws te proberen. Uiteindelijk had ik zo alles geleerd, proberen en opnieuw proberen!” Het restauratiewerk is mooi werk, zichtbaar werk. “Al die stenen rondom de rand van het raam zijn minimaal één keer door mijn handen gegaan.”
Hoog bezoek
De kerken van Twisk en Blokker, de Waagtoren in Alkmaar, de Zuiderkerk in Enkhuizen en nog veel meer mooie werkplekken heeft Eelke gehad. “We waren vaak met hetzelfde koppel en dan werd er hoog bezoek verwacht die kwamen kijken hoe de restauratie vorderde. Dan waren we eerst aan het werk in de ene kerk en knikten de hoge ‘piefen’ netjes toe. Daarna vertrokken wij snel naar het volgende werk, waar dezelfde hoge heren inspecties kwamen uitvoeren. Als ze meende ons te herkennen riepen we dat ‘dat vast onze tweelingbroer was geweest!’” zo lacht Eelke.
Botenbouwer
Inmiddels is hij ruim 88 jaar en nog steeds niet gestopt met bouwen. “Geen grote werken meer, maar replica’s van mooie zeilboten. Gewoon aan de tafel in de extra kamer, dan kan ik elke keer een stukje doen en het gewoon laten liggen voor als ik weer zin heb. Geen zwaar handwerk meer, geen bizarre uren of balken van 30 x 30 cm rondsjouwen. Maar het bouwen blijf ik leuk vinden en stilzitten is niet echt mijn ding.”